Freestyle onderdelen

 

Het Freestyle trainings-systeem is een trainingsmethode voor paard en mens, ontwikkeld door Emiel Voest. Freestyle is gebaseerd op het principe van natural horsemanship op wederzijds begrip en vertrouwen. Het Freestyle trainings-systeem kenmerkt zich door de verschillende trainingsvormen vanaf de grond, nl

 

Loswerken  

Grondwerk

-  Dubbele Lange Lijnen

 

In alle trainingsonderdelen wordt er gebruik gemaakt van de natuurlijke eigenschappen van het paard en lichaamstaal. De Freestyle lessen zijn voor jonge en iets minder jonge mensen en voor jonge paarden (paarden die nog niet onder het zadel zijn ter voorbereiding op het rijden) en oudere paarden (om de communicatie tussen paard en mens te verbeteren). Deze drie trainingsvormen vormen een stevige basis voor het uiteindelijke doel: het Rijden. 

 

Loswerken

Bij het loswerken werken wij met een loslopend paard zonder fysiek contact,  in een afgesloten ruimte waarin het paard vrij rond loopt.  We werken dan enkel met een leadrope van 4,5 meter die we gebruiken als verlengstuk van de armen en verduidelijking van onze bewegingen. Je leert het taal van het paard. Hoe reageert het paard op jou positie, beweging en houding?  Het belangrijkste doel van het loswerken is controle krijgen over richting en tempo van een loslopend paard en hoe je  effectief lichaamstaal hiervoor kan gebruiken. Maar loswerken is meer nl. het afstemmen van het leiderschap, het bevorderen van de vertrouwensrelatie tussen mens en paard, het verbeteren van de communicatie tussen mens en paard en het verbeteren van de conditie, balans en spieropbouw.

 

 

 Grondwerken

De tweede trainingsvorm binnen het Freestyle systeem is het grondwerken.  Onze hulpen worden nu door de leadrope en het Freestyle halster aan het paard doorgegeven.  Maar ook maak je gebruik van alles wat je geleerd heb in het loswerken nl. positie, beweging en houding (lichaamstaal).  Het paard leert wijken voor druk, om ons te volgen, aandacht voor ons te hebben en gehoorzaamheid.  Dat kun je goed gebruiken in de dagelijkse omgang met je paard,  denk hierbij aan het lopen van het weiland naar de stal, het wandelen met je paard, op de wasplaats staan maar ook aan de dubbele lange lijnen en bij het rijden.

 

 

 

Dubbele lange lijnen

 De volgende stap is het werk aan de dubbele lange lijnen. Het werken aan de dubbele lange lijnen vormt de brug tussen het werken vanaf de grond en het rijden.  Het paard kan op deze manier getraind worden zonder de belasting van de ruiter op zijn rug. Je werkt nog steeds vanaf de grond, met behulp van lichaamstaal en wijken voor druk, maar je gebruikt ook een hoofdstel en de beide lijnen om  je paard  rijtypische balans, teugelvoering, buiging, stelling, nageven en aanleuning  te leren.